Terwijl het in Georgië warm lenteweer was werd ik op mijn eerste dag in Armenië op een pak sneeuw getrakteerd.
Dus lekker zwemmen in het Savan meer kon ik wel op mijn buik schrijven.
Maar toen ik eenmaal in de veel lager gelegen hoofdstad Jerevan aankwam bleek het daar gelukkig lekker lenteweer te zijn.
Dus ik trok er lekker op uit met mijn camera.
Vanwege het lekkere weer stonden er overal straatmuzikanten.
Het hek van de opera.
Jerevan wordt de roze stad genoemd omdat de meeste gebouwen uit roze gesteente zijn opgetrokken.
Één van de bekendste attracties is het cafesjian center for the arts.
Een museum dat is gesticht door Gerard L. Cafesjian.
Buiten staan zoals je ziet vele sculpturen en standbeelden.
Allemaal uit de collectie van die Cafesjian, zoals deze beroemde 'El gato' van Botero.
Cafesjian was een zakenman en filantroop uit de VS waar zijn Armeense ouders naartoe waren geëmigreerd nog voor de Armeense genocide.
Behalve werken van Botero staan er ook sculpturen van Lynn Chadwick, Barry Flanagan, François-Xavier Lalanne en Jaume Plensa.
Dit is één van de vele leeuwen die Yong Ho Ji heeft gemaakt van autobanden.
Dit is een kunstwerk van de spanjaard Jaume Plensa.
Het plein is met name erg populair bij de jeugd.
Binnen in de cascade zit het museum, met meer kunst uit de collectie van Cafesjian.
Het museum is gratis te bezoeken.
De jeugd van tegenwoordig.
Dit is een reliëf van Artashes Hovsepyan, van een scene met David van Sassoun. De mythische held van Armenië.
Dit was mijn favoriete kunstwerk, het lijkt wel wat op mij namelijk.
Swarovski kristallen met een lampje.
Genoeg kunst omdat het moet, ik moest weer verder.
Ik liep via de blauwe moskee.....
....en de Ararat brandy fabriek.....
....langs het standbeeld voor het team dat het WK won naar......
...het genocide monument.
De schuinstaande stenen staan symbool voor de aan Turkije verloren provincies, in het midden brand een eeuwige vlam voor de 1,5 miljoen slachtoffers.
De 44 meter hoge spits staat symbool voor de wederopstanding van het Armeense volk.
Onder de grond is een museum gevestigd.
De Armeense genocide was de eerste genocide ooit, en een inspiratie voor Adolf Hitler.
Een dag later ging ik met mijn AirBnB host en zijn vrienden op stap.
We bezochten Khor Virap, gebouwd in verschillende fases vanaf de 7de eeuw.
Khor Virap betekent 'diepe kerker'.
Tegenwoordig is er een ladder, maar vroeger werden de gevangenen gewoon 6 meter naar beneden geflikkerd.
Armenië werd in het jaar 301 als eerste land ter wereld tot christelijke natie verklaard. Maar dit geheel terzijde.
Het uitzicht vanaf de heuvel van Khor Virap over de begraafplaats.
Terug in de stad vloog ik even een rondje. Hier in 1 shot de Holy Mother of God kerk, het cafesjian centre, moeder Armenia en mijn AirBnB hut.
Het was pasen en daarom nogal druk in de kerk.
Het Hovhannes Tumanyan (een schrijver/dichter) Museum by night.
Het regeringsgebouw op Republic Square, waar o.a. de minister president kantoor houdt.
Hetzelfde plein by night, rechts het ministerie van Transport, Communicatie en IT.
Ook gelegen aan Republic Square het Nationaal Kunst Museum met de singin fountains ervoor.
De fontein voor de Moskou bioscoop.
Daar staat ook deze russische beer.
Als ze ergens geen tekort aan hebben in Armenië dan is het wel kerkjes, dit is de Zoravor S. Astvatsatsin Kerk.
Klein maar fijn.
De Zoravar Andranik bazaar.
Op het trottoir reden ze me bijna van de sokken met deze YikeBike, ik mocht ook een stukje proberen van ze. Leuk!
Op een uur rijden van Yerevan vindt je dit Geghard klooster.
Gregory de Verlichter heeft dit klooster gesticht in de 4de eeuw.
Bij elke kerk en klooster in Armenië staan dit soort stenen voor de deur. Khachars genaamd.
De binnenplaats van het klooster.
Een groot deel van het klooster is uitgehouwen uit de berg.
Deze ruimte, de Geghard Gavit, werd in de periode 1215-1225 uitgehakt. Er werd hier les gegeven aan pelgrims en overige bezoekers.
De bijbehorende kerk is nog volop in bedrijf.
Toen ik er was werd er net een kindje tegen zijn zin in gedoopt door deze oude mannetjes in carnavals kostuum.
In een zijkamer, de Zhamatun prijkt dit reliëf aan de muur. Het wapen van Prinses Prosh. De familie heeft het klooster ooit gekocht.
Buiten heb je nog meer knappe beeldhouwwerkjes in de rotsen.
Op de terugweg naar Yerevan, is het de bedoeling dat je nog even stopt bij Garni.
Daar staat namelijk deze griekse tempel.
Gebouwd in de 1ste eeuw voor de god van de zon, Mihr.
Living on the edge, is hier het motto. Slim want er zijn nooit aardbevingen hier.
Het weer was die dag iets minder, maar aan de bomen te zien was het duidelijk lente.
Vanwege de inscripties in deze steen weet men dat de tempel in het jaar 77 is gebouwd.
Er was ook een badhuis bij, met deze mozaïeken op de vloer.
Van al die kerken en tempels krijg je maar dorst, dus ging ik naar de Ararat Brandy fabriek.
Ze wisten dat ik kwam, dus er was flink ingeslagen.
Alleen dit vaatje mochten we niet opdrinken, die gaat pas open als het conflict om Nagorno Karabach is opgelost.
Brandy is gewoon gedestilleerde wijn die een aantal jaar in een eiken vat heb leggen liggen. Het is altijd een blend, waarbij de gemiddelde leeftijd van de brandy op de fles komt.
We waren natuurlijk met name voor de proeverij gekomen, de info lezen we wel op wikipedia.
Van links naar rechts = van jong naar oud. Ik proefde geen verschil.
Ik ging met mijn Armeense vrienden weer terug naar het monument voor de Armeense genocide op 24 april.
Dan wordt de genocide namelijk herdacht.
Het is er dan knetterdruk, de hele dag loopt er een schier oneindige stoet mensen langs de vlam......
.....om net als ik een bloemetjes neer te leggen.
De meeste mensen leggen maar 1 bloem neer, dus je ziet wel dat er vrij veel mensen al waren geweest.
Een dag later vertrok ik richting Tatev, dan rij je langs de berg Ararat (van de brandy) die na de genocide ineens in Turkije lag.
Er waren weer mooie panorama's door mijn voorruit te bewonderen.
Ik besloot in Goris vlakbij Tatev te overnachten.
Op zoek naar een restaurant hielp ik onderweg deze familie even mee een kast naar boven te tillen. Anders moest oma het doen.
De bloesem van een pruimenboom.
Eindelijk zag ik hoe ze dat vieze platte brood bakken.
Dit is dan Tatev met zijn klooster, je komt er met de langste omkeerbare kabelbaan ter wereld.
Het klooster van Tatev is gebouwd in de 9de eeuw.
In de 14de en 15de eeuw was het een belangrijke universiteit voor Armenië.
De kolom had als doel te waarschuwen voor aardbevingen. Je kunt ook serviesgoed in de kast zetten dat rinkelt, maar dit vonden ze praktischer.
De ingang van de begrafenis kapel van Gregory van Tatev. De deur is prachtig bewerkt.
Het uitzicht over de vallei, waar de Vorotan rivier door stroomt, vanaf het klooster.
Ik liep nog even door het durpje, waar deze man stond te pielen met een electriciteitskabeltje.
Het was er verder 1 grote shitzooi.
Het is er armoe troef, bewonderenswaardig hoe de mensen het hier volhouden. Vooral in de winter lijkt me dat erg zwaar.
De hoofdstraat.
Een oude russische trekker.
En deze geweldige Patriot 4WD busjes, onverwoestbaar.
Weer terug bij het beginpunt van de kabelbaan.
Op de kaart hebben ze voor de vorm nog een stippellijntje getrokken, maar Nagorno Karabach is volgens mij gewoon door Armenië geannexeerd.
Een dag later ging ik op weg naar Nagorno Karabach, onderweg vlogen me de adelaars of haviken om de oren.
De grens met de vlaggen van beide 'landen'.
De eerste Chileense auto ooit die hier kwam, maar dat zeggen ze de laatste tijd bij elke grensovergang. Dus dat kan kloppen.
Het eerste wat me opviel was de overvloedige propaganda voor het leger.
Dit is het symbool voor Nagorno Karabach, het monument Tatik Papik (opa & oma) in de hoofdstad Stepanakert.
De titel van het werkje is eigenlijk: 'Wij zijn onze bergen'.
Een andere trekpleister is deze kerk in het vlakbij gelegen Shushi.
Gebouwd in 1868, na de oorlog gerestaureerd en 1 van de grootste Armeense kerken ter wereld.
Een tank die heeft meegevochten in de oorlog tegen Azerbeidzjan.
De hoofdstad Stepanakert, populatie ongeveer 50.000.
Het door de sovjets gebouwde monument voor de slachtoffers van de tweede wereldoorlog.
Bijna een half miljoen Armenen vochten in de WOII, de helft sneuvelde.
Ik had een gids gevonden om mij te begeleiden op de Janapar trek door Nagorno Karabach.
We begonnen vlakbij Shushi in de Hunot Canyon.
Beneden in de kloof loop je over eeuwenoude bruggetjes over de Karkar rivier.
En kom je langs deze Zontik waterval.
Waarna je Karintak bereikt.
Armenen kunnen onwaarschijnlijk slecht parkeren.
Bekaf bereikten we uiteindelijk Avetaranots.
De echte Tatik en Papik.
Deze ouwe waarschuwde mijn gids om niet alleen met een vreemde man op pad te gaan, maar kon zelf nauwelijks zijn handjes thuis houden :-)
Net voor het begon te regenen vonden we gelukkig een homestay, waar we rijst met linzen, worstjes en oneindig zelfgestookte wodka kregen.
De volgende ochtend wilde ik weleens zien waar mijn kater was geboren.
We namen afscheid van deze vriendelijke mensen en gingen op pad naar Karmir Shuka.
We liepen al niet meer zo snel als de dag ervoor, dit wilde beest kwam ons voorbij gieren.
Gelukkig was het terrein minder steil op dit stuk.
Een procerus scabrosus fallettianus, maar dat zag je meteen natuurlijk.
Het was overal even prachtig.
Daar kwamen we vandaan, Avetaranots.
Vlakbij Karmir Shuka staat deze 2000 jaar oude boom.
Twee dorpjes verder, in Togh, staat wat er over is van dit Melik's Paleis.
Het dateert uit de eerste helft van de 18de eeuw.
Togh ligt aan de voet van die berg rechts.
De drie superpowers (in volgorde van militaire slagkracht) van deze wereld hebben betaald voor het opruimen van de mijnenvelden in Nagorno Karabach.
Er is ook een vliegveld gebouwd vlakbij Stepanakert, maar er is nog nooit een vliegtuig geland. Officieel ligt het namelijk in Azerbeidzjan, en die geven geen toestemming.
Ik was weer op weg naar Armenië, maar stopte nog even in Vank.
Daar stond ook weer een kerk waarvan iedereen zei dat ik hem moest zien.
Zelf vond ik de leeuwengrot een stuk interessanter.
Daarna ging ik op zoek naar kut, maar dat stond gelukkig duidelijk aangegeven.
Indiase toestanden in Jerevan, klassiek gevalletje grid-lock.
Vanuit Jerevan maakte ik nog een dagtocht naar o.a. dit Sardarapat Memorial.
Het is een monument om de slag om Sardarapat te herdenken toen de Armenen de Turken versloegen in hun laatste poging om Armenië en de Armenen definitief van de kaart te vegen.
Er is een interessant etnografisch museum bij waar je geen foto's mag maken.
Op de terugweg pakte ik nog even de Mother See of Holy Etchmiadzin kathedraal mee.
Het is een heel complex en de heiligste plek in Armenië.
De gebouwen staan allemaal rond deze kathedraal, en het opperhoofd van de katholieken in Armenië zwaait hier de scepter.
Zeg maar het vaticaan van Armenië.
Als laatste stond deze Zvartnots Cathedral op mijn programma.
De naam betekent 'hemelse engelen'.
En het is allemaal gebouwd in de 7de eeuw, men vond het zo mooi dat op diverse plekken gebouwen zijn neergezet die qua architectuur zijn beïnvloed door dit gebouw.
O.a. in Ani (Turkije) schijnt een kopie te hebben gestaan.
Mijn laatste rondje door Jerevan, eerst langs het standbeeld van Vardan Mamikonyan een militair uit de 5de eeuw.
Toen nog even langs de Gregorie de Verlichter kerk.
Gebouwd in 1997-2001, en het is de grootste Armeense kerk ter wereld.
Daarna nog even een ritje met de door de Russen gebouwde metro.
Ik mocht geen foto's maken, dus dan wil ik het juist.
Buiten het station zat zowaar iemand te spelen op een instrument dat ik tot dan toe alleen in musea had gezien.
De ingang van het metrostation van bovenaf gezien.
Mijn allerlaatste foto uit Jerevan, het beeld van Moeder Armenië. Vroeger stond hier een gigantisch standbeeld van Stalin.
Onderweg, weer bijna terug in Georgië. Mijn bezoek aan Armenië zat er weer op, veel gezien en een leuke tijd gehad.