Bij de Mohan grensovergang worden we opgewacht door onze gids, Titian.
De volgende dag kreeg ik mijn Chinese rijbewijs en kenteken.
In het zuiden van China zagen we veel motoren met parasol annex paraplu.
De eerste echte toeristische attractie, de botanische tuin van Menglun.
We bezochten maar een klein stukje van deze immens grote tuin.
We beperkten ons tot het deel met de bloemen.
Zal je net zien dat er een vlinder je komt photobomben.
Ik had geen zin deze keer om alle namen van de bloemen op te zoeken.
Dit is een waterlelie, dat hoef ik niet op te zoeken.
Dit is de reuze waterlelie (Victoria cruziana) in de Pantanal in Brazilië heb ik hem niet gezien, maar daar komt ie vandaan.
Naast bloemen en planten waren er ook wilde dieren.
Libelles in rood en blauw bijvoorbeeld.
Het toiletgebouw.
De ingang van het spiksplinternieuwe historische centrum van JingHong.
Snel door naar Jianshui.
Hier is het historisch centrum nog redelijk historisch voor Chinese begrippen.
Veel toegangspoorten.
En ze hebben de derde grootste Confusius tempel van het land.
De grote vijver voor de tempel.
Ook hier weer een grote toegangspoort.
De gelovigen schrijven hun wensen op en hangen die dan hier op.
Weer eens wat anders dan Buddha beelden.
Prachtig houtsnijwerk in de alle deuren.
Ronde deuren moeten kwade geesten buiten de deur houden, werkt dus niet.
Deze mannen spelen een potje Chinees schaken.
De Oost en de West poort van de tempel.
Roze Hibiscus.
Hibiscus rosa-sinensis geloof ik.
Op weg naar het Jiangshui-Zhu paleis/tuin.
Het paleis staat vol met Bonsai boompjes.
En doet ook dienst als hotel.
Bovendien verkeert het nog in redelijk originele staat.
Weer die ronde deuren.
Blijkbaar hadden ze er zelf ook niet veel vertrouwen in, anders bouw je geen ronde deur achter een ronde deur.
Een van de vele binnenplaatsen, deze is in het hotel gedeelte.
Ook nog even buiten kijken.
Daar vonden we ook nog een paar bloempjes.
Maar toen hadden we wel genoeg gezien, tijd voor een pilsje.
Een hotel in de Hutong buiten het paleis.
Volgende hypertoeristische attractie, de stone forest bij Kunming.
Een absolute must-see volgens de gidsboekjes.
Bij elke toeristische attractie verhuren ze originele klederdracht voor een foto, zijn Chinezen gek op.
Stone Forest volgens de Chinezen het eerste wereldwonder.
Dit is het gevolg van een aardbeving.
Elke rots heeft een naam.
Vergelijkbaar met elke stalactiet en stalagmiet in een grot.
Dus je moet vooral veel fantasie hebben.
En dan zie je hier bijv. een man met een hoed (gok ik).
Het water stond ooit tot aan de horizontale inkervingen.
Het is wel weer mooi geweest, we gaan weer verder.
Naar Dali, een echte toeristen magneet.
Dus is alles in het historisch centrum gloednieuw.
Nou ja alles....
De kliekjes bij de achteruitgang van een restaurant.
De eerste keer dat ik een katholieke kerk in een traditioneel Chinees gebouw zag.
Door een Franse bidlip gebouwd, dus die had nog behoorlijk verstand van de architectuur hiero.
Splinternieuw historisch pleintje in Dali.
Barstreet in Dali.
Je zal op haar leeftijd nog maar dagelijks prullen op straat moeten verkopen.
De drie (beroemde) pagodes van Dali.
De gouden kip zonder de eieren.
Onderweg van Dali naar Shaxi.
Het centrale plein in Shaxi.
Buddhistische tempel op het plein.
Overal gezellige restaurantjes.
En souvenirs die voor de verandering eens niet uit een fabriek komen.
De beroemde brug van Shaxi.
De watermolen van Lijiang.
De straatjes van het oude centrum van Lijiang.
Zoals gezegd zijn de Chinezen dol op klederdracht.
Ook in Lijiang is er weer een Buddhistische tempel.
Binnen in de tempel, de monnik kende zelfs een paar woorden Nederlands.
Hoe gekker hoe beter lijkt het wel als het op klederdracht aankomt.
De perfecte vakantiefoto voor een Chinees.
Het Ganden Sumtseling klooster in Shangri La.
Het oude centrum van Shangri La dat in 2014 tot de grond toe was afgebrand.
In het (gratis) museum wordt het rode leger verheerlijkt want die hebben de Tibetanen bevrijd. Van wie werd ons echter niet duidelijk.
Naast het klooster zijn de Buddhisten tempels de grote attractie van Shangri La.
Gelukkig staan de meeste bij elkaar op dezelfde berg.
Alleen de kippentempel staat op een andere hogere berg.
Met uitzicht over het idyllische Shangri La.
Overal in Azië zagen we monniken continue bezig met de nieuwste mobieltjes.
's Morgens rijden we met onze nieuwe gids langs het klooster naar Tibet.
Het bleek nogal een uitdagende rit van Shangri La naar Lhasa.
Prachtige ruige landschappen, op het Tibetaanse plateau.
Het grootste gedeelte van de route reden we langs de gele rivier.
Overal waar maar een klein beetje ruimte is om wat te verbouwen tref je kleine nederzettingen aan.
De boertjes in dit gebied wonen dus noodgedwongen behoorlijk geisoleerd.
Gelukkig hebben ze wel altijd een klooster in de buurt.
We mochten niet overal gratis een foto maken, maar hier in elk geval wel.
In Tibet hebben ze allemaal platte daken waarop ze dingen kunnen drogen.
Je moet alleen wel je evenwicht goed kunnen bewaren om op het dak te kunnen klimmen.
Over het algemeen hebben ze wel vrij grote huizen.
Zoals je ziet, een uitdagende (en dus leuke) route om te rijden.
Deze pelgrims waren ook op weg naar Lhasa.
Ze moeten om de paar meter languit gaan liggen en een gebedje opzeggen (vanaf hier was het nog ongeveer 1200 kilometer naar Lhasa).
Onderweg bezochten we een nomaden familie.
Ze hadden hun tent hier opgezet, op ongeveer 5000 meter hoogte.
De dochter des huizes.
Op deze hoogte is het stervenskoud, maar gelukkig hebben ze een boel dekens en TV.
Ze leven van de melk die hun jaks geven. Jak boter wordt duur betaald in deze contreien.
We hadden betaald voor de foto's, dus wilden we natuurlijk ook even samen met ze vereeuwigd worden.
Mooie beesten hoor, en hun vacht gebruiken ze om het tentdoek te maken.
Het op één na hoogste punt dat we passeerden op 5008 meter, het hoogste was iets meer dan 200 meter hoger.
Het was overal even prachtig.
We moesten afwijken van de geplande route vanwege een ingestortte brug.
Daardoor reden we over een route die de weinige selfdrive touristen nooit nemen.
Al gauw werd duidelijk waarom.
Op deze bergpas is de weg nauwelijks 1 auto breed, en het verkeer komt uiteraard van 2 kanten.
Oei, die vrachtwagen gaan wij straks ook tegenkomen.
Gelukkig niet op dit stukje.
Heb je dat overleefd blijkt er ook weleens een steentje naar beneden te komen.
Je zal hem maar op je dak krijgen.
Een stukje verderop stonden we stil omdat ze met de weg bezig waren.
Kon ik mooi even wat fotootjes maken.
Nog nooit van een bezem met steel gehoord zeker.
'Moj kieken, twee boetenlaaanders moakt fotooos van us'.
De kids hebben een broek met poepgat, veel handiger dan pampers.
Kan het eten aan twee kanten tegelijk passeren.
Één van de vele typische restaurantjes waar we hebben gegeten.
We vervolgden onze weg door landschappen met hele aparte kleuren.
Een beetje jammer dat het de hele tijd bewolkt was en vaak regende.
Dat kwam ook de kwaliteit van de 'weg' niet ten goede.
Maar stukje bij beetje kwamen we toch steeds verder.
En uiteindelijk klaarde het zowaar nog op ook.
Zodat we weer meer konden genieten van het uitzicht.
Maar dat zul je altijd zien, rij je langs een heilige plek....
....stopt de auto er 100 meter verder mee.
Met behulp van de politie en wat lokalio's zetten we dus de auto op transport.
Bij aankomst in Nagchu kwam er gelukkig net een kraanwagen langsrijden toen we aankwamen.
Twee dagen later deed de auto het weer en konden we door naar Lhasa.
De smalle straatjes in het centrum.
(Bijna) Iedereen loopt door het centrum met de klok mee rond de tempel die je links ziet.
Stukje Tibetaanse architectuur.
Raad eens wie de oma en wie de moeder is.
Nadat de pelgrims de hele weg om de paar meter op de grond lagen, doen ze dat hier nog eens dunnetjes over.
Zoals je zou verwachten stikt het van de souvenirwinkeltjes.
Er is ook een gratis museum zodat je meer te weten kunt komen over de 'bevrijding' van Tibet.
De monniken dragen een blik zonder de stoffer op hun hoofd.
Kijk opa de voorgevel eens inspecteren dan.
Had ik al gezegd dat de Chinezen dol zijn op klederdracht?
Daar heb je er alweer één.
Wij hadden voor de gelegenheid ook maar een oud kloffie aangetrokken.
De Jokhang tempel op het Barkhor plein. De straat eromheen is Barkhor straat.
Het paleis van de Dalai Lama: Potala.
De volgende dag brachten we een bezoekje aan het Potala paleis.
Het paleis is een stuk groter dan ik dacht.
Een bezoek is strak georganiseerd, op je kaartje staat hoe laat je naar binnen mag.....
....en daarna heb je precies 1 uur om het hele paleis door te lopen.
Dat betekent dat je behoorlijk moet doorlopen.
Het kan gelukkig redelijk snel, want je mag binnen toch geen foto's maken.
Behalve (Chinese) toeristen, kom je zelfs af en toe een echte monnik tegen.
Vanaf de uitgang zie je in de verte het Sera klooster.
Met deze plaatjes word je naar Lhasa gelokt, althans ik.
Maar in werkelijkheid staat Potala midden in de stad met druk verkeer eromheen.
Maar goed, we zijn er toch maar mooi.
Iedereen en zijn moeder gaat hier op de foto als ze trouwen.
Dus het is een kwestie van snel afdrukken...
....en wegwezen voor LucÃa rare ideeën krijgt.
We liepen nog even langs de achterkant.
En nog even met onze trouwe kameraad op de foto.
Daarna gingen we naar het Sera klooster om o.a. een echte Mandala te bekijken.
Elke dag voeren de monniken aldaar een show op voor de toeristen waarbij ze zgn. ruzie maken over de interpretatie van de heilige geschriften.
Ze delen zelfs klappen uit.
Onze Tibet gids Lodin.
Op onze laatste dag in Lhasa bezochten we het zomerpaleis van de Dalai Lama.
Binnen het complex staan meerdere paleizen, voor elke Dalai Lama minstens 1.
Deze is van de huidige Dalai Lama, jammer dat ie in India woont.
Ornament op de voordeur.
De troon van de Dalai Lama.
Zijn studievertrek.
Het nieuwe gratis museum over de geschiedenis van Tibet.
View van Potala vanaf het dak van de Jokhang tempel, let ook op de bewaker met het gele shirt rechtsonder. Op alle daken staan militairen.
De gouden daken van de Jokhang tempel.
Op de hoeken altijd draken als ornament.
Net zoiets als de stier op Wall Street, maar dan helemaal anders.
Op onze laatste avond in Lhasa waren we uitgenodigd bij onze gids thuis, alwaar hij ons vertelde dat hij zijn vrouw veel te dik vond.
Vanuit Lhasa reden we over het Tibetaanse plateau naar het noorden.
Deze hoogvlakten bevinden zich op zo'n 5000 meter boven NAP.
Gazelles die vluchtten voor de trein (en mijn camera).
Vlakbij Golmud.
Vanaf Golmud gingen we weer verder met Titian.
Onderweg zagen we de eerste kamelen.
We waren namelijk aangekomen in de Gobi woestijn bij Dunhuang.
Dunhuang was een belangrijke plaats langs de zijderoute.
De grotten die de mensen daar uithakten voor de goden zijn zoals je ziet grondig gerenoveerd.
Duizenden jaren oud, maar nu weer spiksplinternieuw.
Uiteraard mogen er geen foto's worden gemaakt in de grotten.
Hoe rijker de familie, hoe groter en mooier was de grot.
Volgens de gids zijn deze schilderingen nog wel de originele.
Dit is de grootste grot....
....met binnenin een enorme Buddha.
In de omgeving van de grotten staat nog wat van dit spul.
's Middags gingen we naar de oase bij Dunhuang.
Eerst via die touwladder bovenop een duin klimmen.
Voor de beroemde foto waarop het lijkt alsof ergens middenin de woestijn een oase is.
Maar in werkelijkheid ben je aan de rand van de stad en is er een weggetje etc. naar de oase toe.
De volgende stop op de route was Xining, bij het Tibet museum wilden een paar monniken heel graag met mij op de foto.
In het museum vindt je o.a. een mandala.
En het topstuk een beschilderd wandkleed van maar liefst 600 meter lang.
We reden verder naar Xi'an, waar zich 1 van de topattracties van China bevindt.
Het wereldberoemde terracotta leger.
Elk van de duizenden beelden heeft een uniek gezicht.
En vroegah waren ze allemaal in full color.
Keizer zijn had vroeger zo zijn voordelen.
Ze bewaken namelijk de graftombe van keizer huppeldepup van de Qin dynastie.
Uiteraard kun je geheel in Disneystijl tegen betaling een echte nep foto maken met de beelden.
In het museum hebben ze nog een paar extreem goed geconserveerde exemplaren neergezet.
En ook nog twee bronzen chariots.
Dit is dan de graftombe die het leger moet bewaken (die heuvel ja).
En hier stond ooit een stadsmuur, superinteressant om te zien.
Volgende attractie, Mount Huashan.
Het was de bedoeling om bovenaan de skywalk te doen.
Maar vanwege de regen was die gesloten.
Dus wij lachen als een boer met kiespijn natuurlijk.
De westpoort van Pingyao, met droste effect.
Dit historisch centrum is netjes gerestaureerd.
En de toeristen worden in electrische golfkarretjes door het centrum gereden.
De meeste brommers/scooters in China zijn ook elektrisch trouwens.
De zuidelijke toegangspoort.
Het was hier in elk geval niet zo stervensdruk als op de meeste toeristische plekken.
Onze laatste stad in China, Beijing.
Als eerste gingen we naar de kunstwijk.
De moeite waard, overal kunst op straat en galerietjes.
En hippe restaurantjes en barretjes.
Rode helden.
Dit is de vijver op de campus van de universiteit.
En dit ook.
De hutong (volkswijk) waar ons hotel stond.
Deze kerk stamt waarschijnlijk nog uit de tijd van de Engelsen en de opiumoorlogen.
Het tiananmen plein.
Met het monument voor de doodgeschoten studenten en arbeiders tijdens de protesten van 1989 (grapje toen vielen er helemaal geen doden volgens de Chinese regering).
De ingang van de verboden stad.
Dus even op de foto met de grote roerganger Mao.
Dan ga je vervolgens door de Meridian Gate waar de kaartjes worden geknipt.
Daarachter ligt dan dit plein met de Gate of surpreme harmony.
Daar weer achter heb je het Tianhedian plein, met de Hall of surpreme harmony.
Het symbool voor lang leven, de schildpaddraak.
Één van de vele tronen voor de keizer.
De leeuwin met de babyleeuw onder haar poot verbeeldt de circle of life.
Wat een goed idee, ijs met erwtensmaak. Gadverdamme.
Het plafond van een gazebo in de Imperial garden.
In een ander deel van de stad staat The Temple of Heaven.
Klinkt mooier dan het is.
Hier moest de keizer elk jaar offers brengen voor een goede oogst.
Dat gebeurde dan allemaal hier binnen.
Wel mooie details her en der.
De volgende ochtend gingen we naar de dierentuin.
Pandaatjes kijken.
Vervolgens even een plaatje schieten bij het iconische gebouw van CCTV.
Een architectonisch hoogstandje.
En toen was het alweer tijd voor onze laatste trekpleister in Beijing.
Het zomerpaleis.
Gebouwd door de keizerin.
Daarvoor stal ze het geld van het leger.
Daar zijn de Chineze kwaad over, maar het lijkt mij beter besteed geld dan aan wapentuig.
Het marmerschip liet ze speciaal bouwen voor feestjes, topwijf dus.
Dit is ze.
Wist je misschien nog niet, maar Chinezen zijn dol op klederdracht.
De brug met 17 bogen, die leidt naar het South Lake Island.
Met daarop de drakenkoning tempel.
Peace mensen, en wij zijn uiteindelijk ook gezwicht voor de klederdracht rage.
LucÃa en onze gids Titian, als mijn keizerin en mijn concubine.
Hondje met schoentjes.
En jawel, na ruim een jaar durft LucÃa het uitgerekend bij ons in de hutong aan om naar de kapper te gaan.
Onze laatste dag in China.
Net als hele hordes Chinezen bezochten we de grote muur bij Badaling.
Één van de mooiste en daarom ook drukste stukken muur.
Maar waar de Chinezen links gingen, gingen wij rechts.
Dus was het op ons stukkie lekker rustig.
Terwijl het op dat stuk een drukte van belang was.
Helaas kun je dan al snel niet meer verder omdat ze de boel hebben dichtgemetseld.
Het viel overigens nog niet mee om over de muur te wandelen, sommige stukken zijn echt tering stijl.
Even casual en naturel op de foto...
...en daarna mengen we ons weer in het strijdgewoel.
In het grensgebied van Mongolië en China zijn veel dinosaurus botten en eieren gevonden. Daarom staan er nu tientallen bronzen beelden.
Kortom we hadden de eindstreep gehaald, op naar Mongolië.