Eindelijk rijden we India uit en Nepal in.
Het was daarom groot feest, en Hanuman was er ook weer bij.
Je ziet gewoon hoe blij ze allemaal met ons zijn.
We doen als eerst in Nepal een safari, in het Chitwan National Park.
Dus weer tering vroeg ons bed uit.
En dan eerst met de kano naar de overkant.
Al snel zagen we de eerste neushoorn.
Tsja, mooi is anders.
Maar deze heeft in elk geval zijn neushoorn nog.
Een monitor lizard (varanus bengalis) in de boom.
De Indische slangenhalsvogel, jullie kennen hem waarschijnlijk als de Anhinga melanogaster.
De mugger crocodile, of zoals we in Nederland zeggen de moeraskrokodil.
Wilde zwijnen hebben ze ook in Chitwan.
Dit is een hop, zo heet ie echt. In het latijn is het upupa epops.
Hier een Himalayan Flameback woodpecker oftewel de goudrugspecht. Dit is een vrouwtje.
Een myna met kippevel.
Ik vroeg of dit wild zwijn wilde poseren voor de foto.
Vond ie geen probleem.
Deze vogel had onze gids al drie jaar niet meer gezien, zei hij.
De great hornbill of dubbelhoornige neushoornvogel.
De Anastomus oscitans of Asian Openbill. Maar de Nederlandse naam is het mooist, de Indische gaper.
Een grijze langur, die zie je overal in deze contreien.
Flame of the forest boom, in dit geval is de latijnse naam weer beter: Butea Monosperma.
Tot hier ging onze safari, want met een jeep kun je niet door dit moeras.
Dan zouden we net als deze vogel een lift moeten krijgen van Rinus.
De Indische Kievit of Red-wattled Lapwing (Vanellus indicus).
Een neushoorn met haar babytje.
Nog zo'n moeras krokodil.
En nog een zwikkie Indische Gapers.
Een roedel homo turisticos.
De lippenbeer (Melursus ursinus), zoals je kunt zien dankt hij zijn naam aan zijn bijzondere lippen.
Weer zo'n Himalayan Flameback Woodpecker.
De Indische Kuifarend (Nisaetus cirrhatus).
Krokodillen zijn normaal al niet mooi, maar deze Gaviaal (Gavialis gangeticus) slaat alles. Vandaar dat ie met uitsterven bedreigt is denk ik.
De meest voorkomende krokodil in Azië, de moeras krokodil.
Van deze vogel kon ik de naam niet achterhalen, maar zijn poten lijken op die van de taxi chauffeur uit Total Recall.
Ah, wat een lekkere hapjes voor een moeras krokodil.
Een boom met lianen eromheen.
Wel lianen, maar tarzan ho maar.
Zie je zo'n rino ook eens van de andere kant.
Weer zo'n lippenbeer.
Op deze foto zie je zijn lippen wat beter.
Dit is de lesser adjutant, wij noemen ze Javaanse Maraboe.
Hier zijn er ook niet meer zoveel van in de wereld.
De volgende dag gingen we nog een keer het park in, maar dan achterop deze olifant.
Zo vroeg dat zelfs de neushoorns nog lagen te slapen.
Ook de bloempjes waren nog niet wakker.
Deze neushoorn had allemaal krabben en sneeën op zijn kont.
Een white throated kingfisher (smyrna-ijsvogel).
Onze olifant bleek achteraf een uitgewoond omaatje.
Behalve grote dieren zijn er ook kleine wondertjes zoals dit kikkertje.
Een paar dagen later beginnen we aan de Annapurna Basecamp Trek, met gids Kesheb en porter Kamal.
De maiden trektocht voor LucÃa.
In de verte Machhapuchhre of Fishtail berg, daar moeten we heen.
Machhapuchhre is een heilige berg die niet beklommen mag worden.
Het was toevallig Holi Day, ook wel het festival van de kleuren.
De Hindoes bekogelen elkaar die dag met gekleurd poeder.
De kleuren symboliseren de in bloei staande natuur in het voorjaar.
Het is tevens het begin van het nieuwe jaar, komt nog bij dat Nepal ook nog een andere nieuwjaarsdag heeft van de Nepalese jaartelling.
Kamal sjokte rustig verder met onze 30 kilo bagage op zijn rug.
Het was de bedoeling om mijn buikje er af te wandelen in Nepal.
Maar dat viel nog niet mee met al die restaurantjes langs het pad.
Typisch landschap in Nepal.
Het pad werd al snel behoorlijk steil.
De rodondendrons stonden net in bloei.
Zonder gids hadden we het pad waarschijnlijk ook wel gevonden.
Gewoon een kwestie van de andere ezels volgen.
Het eerste dorpje waar we overnachten.
's Morgens een ontbijtje met uitzicht.
En even later weer verder achter de andere ezels aan.
Roze rodondendrons.
We sjokten rustig verder door het mooie Nepal.
We hadden prachtig weer, en overal stonden de rodondendrons in bloei.
Het was nog zeer vroeg in het seizoen en dus lekker rustig.
De tweede etappe tot Ghorepani brachten we ook weer tot een goed einde.
We kwamen niet veel toeristen tegen, maar wel veel dieren zoals deze yaks.
De volgende ochtend moesten we in het holst van de nacht opstaan.
Om de zonsopkomst vanaf Poon Hill te kunnen bewonderen.
Erg koud, maar we staan toch maar mooi op de foto met de Dhaulagiri op de achtergrond.
Draaiend van west naar noord kregen we Annapurna I, Annapurna zuid en Fishtail in beeld.
Ingezoomd kun je iets duidelijker zien waarom deze berg Fishtail wordt genoemd.
Eindelijk kwam de zon op.
Als eerste raakte ie de hoge Dhaulagiri van 8167 meter (7de hoogste berg ter wereld).
Ik sprong spontaan een gat in de lucht.
Nog een laatste blik voor we afdaalden richting ontbijt.
Maar we schoten nog even extra bewijsmateriaal voor de kijkers thuis.
Annapurna Zuid.
Vanaf de ontbijttafel hadden we ook een mooi uitzicht op Dhaulagiri......
.....en Annapurna I & Zuid.
Die dag hadden we echter nog een lange wandeling voor de boeg.
Vooral omdat we een groot deel glibberend en glijdend moesten afleggen.
Vooral voor LucÃa even wennen, het was haar eerste wandeling in de sneeuw.
Maar uiteindelijk daalden we gelukkig weer af.
Naar een riviertje waar iedereen steentjes stapelt voor......ja voor wat eigenlijk?
's Morgens weer vroeg op pad, en veel dalen zodat we daarna weer veel konden klimmen.
Het buikje nam snel af, maar da's logisch met traptreden zo hoog als mijn knie de hele tijd.
Fishtail komt al aardig dichterbij, nog drie dagen lopen.
Naast de rodondendrons stikte het ook van deze lila bloemetjes.
Voor Kamal was geen hindernis te moeilijk ondanks onze bagage. Hij had 's avonds zelfs geen nekpijn.
Maar hij was niet de enige die zich een breuk sjouwde.
Op nog twee dagen van ABC rustten we uit met dit uitzicht.
Biertje erbij en Engels studeren.
De volgende ochtend was er weer geen wolkje aan de lucht toen ik vanuit onze suite naar buiten keek.
Het was ook weer lekker rustig op het pad, dus konden we lekker opschieten.
Op deze hoogte is het bos zelfs nog redelijk tropisch te noemen met varens en bamboo en shit.
Voor Kamal was het trouwens ook de eerste keer dat ie in de sneeuw moest lopen.
De laatste etappe naar ABC, we waren lekker vroeg opgestaan zodat de sneeuw nog lekker hard en niet zo glibberig zou zijn.
Bergstroompje niet ver van Machhapuchhre Base Camp.
We ploeterden rustig verder omhoog.
Verder niemand te zien op dit vroege uur.
Na een theepauze in MBC restten ons de laatste loodjes.
Daar in de verte ligt de finish.
Kemal zat ons steeds op de hielen, achter hem Fishtail van de achterkant gezien.
Even een fotootje voor de familie in Colombia.
En ook nog eentje samen met Annapurna I op de achtergrond.
Inmiddels zaten ons wat andere toeristen ons op de hielen.
Zodra je van het padje was zakte je tot de knieën weg in de sneeuw.
Na zes dagen sjouwen waren we er dan eindelijk.
Het hele eind gelopen om van dit uitzicht te kunnen genieten.
Er lag een behoorlijk pak sneeuw zoals je kunt zien.
Na zo'n enorme prestatie hadden we natuurlijk recht op een kopstoot.
Annapurna Zuid, met op de voorgrond het pad van de vroegere gletscher.
Annapurna Base Camp, met op de achtergrond machhapuchhre/fishtail.
Het einde van een mooie dag voor ons.
En zo ziet een zonsondergang er uit in de Himalaya's.
En als de zon weg is, is het plotsklaps stervenskoud kan ik je vertellen.
We vertrokken weer vroeg om niet te hoeven glibberen en glijden.
Maar niet voordat we nog even wat bidvlaggetjes hadden opgehangen.
Goodbye Annapurna Zuid.
Naar beneden ging een stuk sneller en relaxter.
Behalve voor Kamal, alhoewel de zwaartekracht ook hem een zetje in de rug gaf.
Lekker rustig weer, en we schoten twee keer zo snel op als op de heenweg.
We keken nog één keer achterom.
Onderweg bij een tempel werden we er gelukkig aan herinnerd dat je niet in de tempel mag schijten.
Aan het eind van de middag zijn we weer terug waar we twee dagen eerder waren vertrokken.
Op onze op een na laatste dag liepen we naar Jinhu, de laatste stop.
Daar zijn namelijk thermale baden, naast de ijskoude rivier.
Konden onze gids en porter zich eindelijk ook eens keertje wassen.
Heerlijk, warm en koud afwisselen.
Daarna nog even lekker chillen in het warme water met Kamal.
De laatste dag van de trek, de rivier verder naar beneden volgen.
In Nepal zijn ze flink geëmancipeerd.
Na terugkomst gingen we nog even bij het huis van Kamal langs om kennis te maken met zijn familie.
Vijf dagen later vertrok ik alweer voor de volgende trek.
Van Kathmandu naar Lukla, geen prettige vlucht kan ik je vertellen.
Dit is de luchthaven, na het landen remmen ze uit in de bocht naar rechts, richting de terminal.
Als het opstijgen mislukt kukelt het vliegtuig in het ravijn aan het einde van de baan.
De hoofdstraat van Lukla.
The fellowship of the Merapeak.
Deze jongetjes waren bezig met een onderzoek naar het vrouwelijke plassertje.
Na onze eerste (ijskoude) nacht stonden we op met een strak blauwe hemel.
Maar het weer zou snel genoeg omslaan die dag.
We hadden een mooi stijl stuk te pakken, maar gelukkig hakt de gids treden voor je uit het ijs.
Omdat nog niet alle berghutten open waren moesten we twee etappes in één dag doen.
Op de toppoging na de zwaarste klim van de trek.
Als ik zo naar onze gids kijk geloof ik niet dat trekkings de beste manier zijn om je buikje kwijt te raken.
De derde dag zat het weer weer lekker mee.
Onze porters waren jonge knapen dus die konden twee keer zoveel dragen als Kamal.
Kerstboom Karsten, hij had een jaar eerder de Island Peak trek gedaan.
Op dag vier kwam eindelijk 'onze' bergketen in zicht.
Deze rivierbedding werd in 1 dag een stuk wijder toen een hoger gelegen meer (Sabai Tsho) in 1998 in één keer leegliep door een aardbeving.
Nu is het weer gewoon een rustig beekje.
Omdat de bomen bijna op zijn wordt er tegenwoordig ook veel op zonlicht gekookt.
Nog drie etappes naar de top, ik keek even uit mijn raampje en zag dat we weer lekker weer hadden.
We verlieten Tangnag om het hogerop te zoeken in Khare.
Inmiddels waren we hoog genoeg gekomen om de Tibetaanse berghoen te ontmoeten.
Op deze hoogte word de lucht steeds donkerder (blauw).
Ik liep in mijn camouflage pak.
Bijna in Khare, het laatste dorpje.
In Khare bleven we twee nachten om te acclimatiseren.
Wel gingen we na de eerste nacht een stukje omhoog en weer terug, om te acclimatiseren.
Weer een dag later, nog steeds met hoofdpijn, gingen we op weg naar high camp.
Wanneer we omkeken zagen we goed waar vroeger de gletschers waren.
De toppen om ons heen staken steeds minder hoog boven ons uit.
Twee van onze porters (één was afgedaald vanwege hoogteziekte) en één van onze gidsen.
Het was vroeg in het seizoen, toch waren er ons al een paar voorgegaan.
Het eerste echte klimwerk, de porters gingen eerst met volle bepakking.
Daarna was ik aan de beurt, 'gewoon' jezelf aan het touw optrekken.
En bovenaan zagen we eindelijk het hoogste punt, ons doel, in de verte.
Maar eerst maar eens in high camp zien te komen, ademen werd steeds moeilijker.
Deze hond was met ons meegelopen vanuit Khare.
Het uitzicht werd met het uur indrukwekkender.
Fikkie wees ons de weg.
Het uitzicht vanuit mijn tent in high camp.
Knallende hoofdpijn, maar ik had wel mooi een nieuwe vriend.
De snurkers hadden hun tentje gelukkig een stuk verderop neergezet.
En dan eindelijk de dag van de waarheid, in het holst van de nacht gingen we op pad.
Nog zo'n zes à zevenhonderd meter omhoog.
De zon kwam op dus we moesten opschieten.
Ons laatste uurtje had geslagen, nog even doorzetten.
Yes, eindelijk bovenop.
Karsten en Tony volgden al snel.
De laatste twintig meter is verticaal.
Dan heb je natuurlijk wel een glaasje sjampoepel verdient.
In de verste verte Kangchendzonga, de derde hoogste berg ter wereld (staat in India).
En dit is de aller-, aller-, allerhoogste. Mount Everest.
It's lonely at the top, dus konden we niet allemaal op de foto. Karsten moest tenslotte afdrukken.
Twee kanjers op één plaat, wow.
V.l.n.r. Everest, Lhotse, Peak 41, Baruntse, Peak 6770, Makalu en Chamlang.
We daalden weer af naar Khare, waar we een rustdagje pakten.
Na die (welverdiende) rustdag daalden we verder af. Onderweg zagen we onze vriend de Tibetaanse berghoen weer.
Onderweg doen we nog even een bakkie lemon tea bij onze vriend in Tangnag.
's Avonds konden we voor de tweede keer tijdens deze trek douchen in Kothe.
We verlieten dit mooie gebied weer.
Na alle bergen had ik op de terugweg wat meer oog voor de flora.
Dit zijn Himalayaanse primula's.
En dit is een soort brem.
En zo ziet een roze rodondendron er uit.
Weer terug in Kathmandu gingen LucÃa en ik de lokale oude stenen maar eens bekijken.
Daar was het nog niet van gekomen namelijk.
Voordat we het Durbar Square in Patan opgingen gebruikten we eerst de lunch met dit uitzicht.
We zijn na de aardbeving nog teruggegaan, het gebouw rechts met de dakpannen is oa. ingestort (de Hari Shankar tempel).
De meeste andere gebouwen staan er nog.
De ingang van het Patan museum.
Dit soort kunst kan in Nederland helaas niet meer.
Links de Vishwonath tempel, rechts de Bhimsen tempel.
Links de Vishnu tempel en rechts de Jagannarayan tempel.
Yogendra Malla statue.
Harishankar links (ingestort tijdens de aardbeving).
Het paleis staat er ook nog, blijkbaar waren die houten stutten voldoende.
Tusa Hiti (gouden tuit) in het paleis (Sundari Chowk), bekend uit de film Little Bhudda.
Één van de oudste (heilige) waterbronnen voor de Boedisten.
Mul Chowk paleis binnenhof met de gouwe deur.
De gouwe deur.
Niet ver van Kathmandu ligt Bhaktapur.
Ook daar hebben ze een Durbar Square.
Rechtsboven zit een restaurantje, daar gingen we eerst maar even naar toe.
Links het paleis, dan de gouwe deur en het paleis met de 55 ramen en ervoor de Bhupatindra Malla kolom.
En ook in Bhaktapur bij de ingang van het paleis/museum dezelfde beelden als in Patan.
Dit is de gouwe deur close-up, ook bekend uit de film Little Buddha.
En nog closer-up.
De leeuwen voor het octagonale paviljoen, Chyasilin Mandap.
Siddhilakshmi Shikhara.
Drie dikke reeten.
Rechts de witte Shiva tempel.
Dit is hem dan, de eerste koning van Nepal, zijne koninklijke hoogheid koning Prithvi Narayan Shah.
Koning Bhupatindra Malla, een gelovig type zo te zien.
Ook hier weer een gouden tuit van koper.
Of dit allemaal nog staat na de aardbeving, ik durf het niet te zeggen maar ik vrees van niet.
We liepen de wandeltocht uit de Lonely Planet, maar dat was meer een speurtocht.
Maar het lukte ons vrij aardig.
Dus was er een Australiaan als de kippen bij om met ons mee te lopen.
In Bhaktapur vind je veel van dit soort waterreservoirs. Hebben de mensen lekker water om te drinken en te wassen.
Daarnaast tref je er minstens zoveel tempels aan.
Het lijkt alsof het leven hier heeft stil gestaan.
Van plastic voorraadbussen hebben ze lampen gemaakt.
Ouderwets water uit de put halen en de laatste roddels uitwisselen, deze vrouwen doen het gewoon.
Aan zijn knieën te zien ligt deze geit hier wel vaker.
We waren inmiddels vlakbij de volgende mega attractie in Bhaktapur.
Nee, niet deze markt.
Maar dit raam, de beroemde peacock window van Bhaktapur.
Zo hé, die heeft veel rijst verbouwd in zijn leven.
En deze man waarschijnlijk ook, hij gebruikte zijn fiets als rollator.
Geloof het of niet, maar in dit open riool wassen mensen zichzelf ritueel.
Taumadhi Square, het eindpunt van de wandel/puzzeltocht.
Met de Nyatapola Tempel, de hoogste pagoda in Nepal.
Daar gingen we dus maar eens uitgebreid naar kijken onder het genot van een pilsje.
Daarna weer terug naar de auto en Kathmandu.
We hadden tijd over, dus gingen we terug naar Pokhara om te raften.
Even de bootjes oppompen en dan het woeste water van de Marshyangdi Rivier (klasse V) op. Verder geen foto's, wel video.
We gingen weer eens vroeg uit de veren voor een zonsopkomst.
Konden we Annapurna South & I weer eens zien.
En uiteraard Machapuchre (Fishtail) en rechts Annapurna III.
We hadden weer eens geluk met het weer, de rest van de week was het bewolkt.
Vanaf Sarangkot hadden we ook eens een keer uitzicht op Pokhara zelf.
Zodra een Hindoe water ziet begint ie te bidden en fikkie te stoken.
Bij het meer van Pokhara zagen we nog de koereiger oftewel Bubulcus Ibis (mannetje).
Na de aardbeving gingen we weer terug naar Kathmandu. Gelukkig reden we niet op een Yamaha.
Onderweg zagen we weinig schade, maar zodra we Kathmandu binnenkwamen wel.
De mensen schuilden onder zeiltjes.
In elk blok was wel een gebouw ingestort.
Overal gevaarlijk overhellende gebouwen.
Ongelofelijk hoeveel er vernietigd was.
En overal provisorische tentenkampen.
Bij dit gebouw waren ze druk bezig om mensen onder het puin te zoeken.
Vlak voor ik deze foto maakte was er een nieuwe beving van 6.4 op de schaal van Richter.
De gasten van het Radisson durfden ook niet meer binnen te slapen. Maar voor 110 USD per nacht mochten ze van het management ook wel buiten bivakkeren.
In onze wijk, Lazimpat, waren alle winkels, restaurants etc. dicht.
Gelukkig stond mijn auto niet naast deze muur geparkeerd, zoals de Landrover van een britse toerist.
Alhoewel hij geluk heeft dat die dingen zo sterk zijn.
Ook het leger werd niet gespaard door de beving.
Niemand durfde meer in de buurt van muren of gebouwen te lopen.
Geen stroom, want veel electriciteitsmasten waren afgebroken.
Ook in Thamel, de toeristenwijk, veel schade.
En alle winkels en restaurantjes dicht.
Behalve deze boekwinkel, gelukkig maar.
Dit gebouw was precies de goede kant op gevallen.
En zelfs Boeda was niet bestand tegen de bevingen.
De mensen zaten er overal apathisch bij onder de zeiltjes.
Achteraf geen wonder dat er zoveel was ingestort, gebouwd met bakstenen van Tata.
In Lazimpat stond alles nog wel overeind, en ook de aapjes gingen gewoon hun gangetje.
Vlak bij de luchthaven scheuren in het wegdek.
Wij gingen twee weken naar Vietnam en Cambodja, terwijl we vertrokken arriveerde het ene na het ander vliegtuig met hulpgoederen.
Eenmaal terug hingen we weer de toerist uit.
Één van de plekken die we nog niet kenden, de pagode van Boudanath.
We gingen ook even terug naar Durbar Square in Patan, hier zie je dat de grote klok weg is.
En hier stond de Hari Shankar.
De ingang van het paleis/museum.
De krishna mandir moest gestut worden.
De Jagannarayan temple is ook weg.
Maar de garud kolom/standbeeld en het paleis lijken onaangetast.
De Vishnu tempel, ook geen centje pijn.
Na het zien van de TV beelden viel het me nog mee, ik dacht dat er meer plat lag.
De dag dat we definitief vertrokken uit Kathmandu maakten we eerst 's morgens nog een scenic vlucht langs de bergen.
Maar halverwege keerden we om vanwege het beroerde zicht. Wie weet komen we nog eens terug naar dit prachtige land.