We waren nog geen 10 minuten in Botswana of we zagen al een roedel van deze vogels. Waarschijnlijk schreeuwarenden (Clanga pomarina).
Een stukje verderop zagen we een school Kaapse Gieren.
Ze waren net klaar voor de start.....
And we have lift-off.....
Deze heeft het gered.....
....maar deze vloog tegen een vrachtwagen aan.
Links en rechts van de weg bleven we maar vogels zien.
Op weg naar het Kgalagadi Transfrontier Park reden we ineens in fesh-fesh. Zeer poederachtig zand.
Het was 50 graden en dat trok de auto niet helemaal i.c.m. het ploegen door het mulle zand.
Dus keerden we noodgedwongen om en koersten richting de hoofdstad Gaborone.
Daar staat dit door Noord-Korea vervaardigde monument van de 'Three Dikgosi's'.
Die drie mannen reisden naar Londen om de koningin te vragen Botswana los te weken van Rhodesië.
Vanuit ons favoriete restaurant kun je in de verte het Gaborone stuwmeer zien.
Gaborone waar rond de 200.000 mensen wonen (10% bevolking) lijkt van bovenaf best modern.
Maar het beste restaurant in Botswana is natuurlijk daar waar hutspot met worst wordt geserveerd.
We bleven tot na oud en nieuw zodat we de vuurwerkshow konden zien. Dit is hem.
We passeerden als verloofden een dag later, op weg naar het hoge noorden, voor de zoveelste keer de Steenbokskeerkring.
Een belangrijke bron van inkomsten voor Botswana zijn de diamanten. Me dunkt, als je zulke grote vrachtwagens nodig hebt om ze te vervoeren.
Deze jongen kunnen diamanten gestolen worden, stront is wat ie wil.
Het lukte eerst niet om het Makgadikgadi National Park in te komen, maar bij de tweede ingang lukte het wel.
Moet je wel het laatste stukje door het water rijden.
We deden eerst een loopje langs hippo pool (elk park enigszins in de buurt van de Zambezi heeft een hippo pool).
Hippopool is in dit park een uitloper van de Okavangadelta.
We zagen nijlganzen (Alopochen aegyptiaca) die we ook in Zambia hadden gezien.
Even later liep er weer zo'n heerlijke Kudu door de zoeker van mijn camera.
Dit is een lelieloper (Actophilornis africanus), of African Jacana.
De spoorwiekgans (Plectropterus gambensis), wat een rare vertaling is van het engelse spur-winged goose.
Er was ook weer een grote zilverreiger, met honger zo te zien.
De smidsplevier is er ook altijd bij als we op safari gaan.
Deze kaapse gier hield de boel in de gaten.
Een Meves' langstaartglansspreeuw (mooi woord voor Wordfeud).
Vanuit het niets doken er ineens een paar olifanten op.
LucÃa had de ogen ook niet in de zak want zij vond deze schildpad.
Haar jonkie probeerde nog weg te komen.
Maar die zijn volgens LucÃa heel lekker in de soep.
De tokkies speurden het diepe zand af naar wat eetbaars.
De Zuidelijke Geelsnaveltok (Tockus leucomelas), in het engels de southern yellow-billed hornbill.
Deze vogel heeft ook in het engels een oerhollandsche naam, de hamerkop (latijn: Scopus umbretta).
Dit is de roodschouderglansspreeuw, het verschil met die van 7 foto's geleden zijn de geel-oranje ogen.
Hier zullen we een koningswida hebben, blijkbaar is het paringsseizoen, want alleen dan heeft het mannetje deze kleur en lange staartveren.
We reden richting de kampeerplaats, het was nog een eindje en we wilden voor het donker de tent hebben staan.
En zo'n rit duurt altijd langer dan verwacht omdat je moet stoppen om foto's te maken. Van deze oryx bijvoorbeeld.
Of om de bewegwijzering in het park te verdraaien.
Het begon al te schemeren, maar deze foto wilde ik je niet onthouden.
Één van de oudste soorten landdieren, de miljoenpoten, marcheerde ook op huis aan.
Na aankomst lekker schildpaddensoep koken (grapje macaroni bolognese).
En terwijl LucÃa in het stikkedonker de afwas deed genoot ik met een wijntje van de sterren.
's Ochtends was ik een tijdje druk omdat ik persé een foto van een vliegende libelle wilde. En die krengen zijn vliegensvlug.
Op weg naar de uitgang kwamen we deze struisvogel tegen......
.....en die deed een dansje voor ons....
.....of het was een aanvalsritueel......
.....maar omdat wij stil bleven staan kalmeerde hij na verloop van tijd toch.
De roodkruinscharrelaar......
.....met zijn broer de vorkstaartscharrelaar.
Af en toe moet je ook een bloem op de foto zetten heb ik gehoord, dit is 'em geworden.
Deze krekel landde op de voorruit, en met de telelens kon ik hem eens goed bekijken. En jij nu ook.
Toen we eenmaal het park uitwaren zagen we hordes olifanten.
Die moeten namelijk de weg oversteken als ze van Makgadikgadi park naar het Chobe park willen.
En voorrang verlenen daar doen ze niet aan.
Chobe is één van de beste plekken om olifanten te spotten, ze worden hier goed beschermt tegen stropers dus groeit de populatie al jaren.
Voor wij Chobe in reden maakten we eerst een vluchtje boven het park om het terrein te verkennen.
Even een selfie voor vertrek.
Ik zag meteen dat de snorkel op de auto ons de komende dagen wel van pas zou gaan komen.
Overal beekjes, kreekjes en riviertjes.
De Okavanga delta wordt gevoed door de Okavanga rivier, en al het water verdampt uiteindelijk in de Kalahari.
Je ziet hier mooi dat landcruisers niet verder kunnen wanneer er een beetje water op hun pad komt.
De delta was de duizendste toevoeging aan de UNESCO World Heritage lijst.
We hadden een hoop moois gezien van bovenaf, dus we popelden om er met de auto doorheen te rossen.
's Morgens eerst nog even langs de kapper.
Dit is een zwart wouw, maar dan de subsoort Milvus migrans parasiticus of wellicht de Milvus migrans aegyptius.
Dit zijn hartebeesten, die hadden we nog niet eerder gezien.
Deze Zebrasoort al wel, in overvloed zelfs.
De Zuid-Afrikaanse Giraf.
Een impalajonkie.
Deze was ontbrak ook nog op ons lijstje, de sabelantiloop.
Deze soort komt eigenlijk meer voor in het oosten van Afrika.
Vervet aapje.
Iets verderop waren een paar hippos aan het badderen.
Dit was blijkbaar nogal een vechtersbaas, hij zat van voor tot achter onder de littekens.
Maar toen ik uit de auto stapte koos ie het hazenpad.
Twee nieuwsgierige waterbuckjes.
Mannetjes impala.
Dit zijn twee witwangfluiteenden (Dendrocygna viduata).
Ze zitten de hele dag op of aan het water en fluiten naar de vrouwtjes.
De Heilige Ibis linksachter op de foto gaf rugdekking aan de Bisschopsooievaar.
Hier een Kafferbuffel (Syncerus caffer).
De ossenpikkers op zijn rug kwamen in elk geval niks tekort.
Na een dag lang door metersdiepe kuilen vol water te hebben gereden had ik wel een bakkie pleur met stroopwafel verdiend.
Daarna weer door met wilde beesten fotograferen.
Prachtige beestjes die libelles.
Deze bijvoorbeeld met zijn gestreept/doorzichtige vleugeltjes.
Daarna was het weer tijd voor macaroni bolognese, wijn en een kampvuurtje.
We werden gewekt door de vogeltjes, onder andere deze Senegal IJsvogel.
Één van de weinige vogels waar ik de naam niet van heb kunnen achterhalen.
Deze Roodsnavelfrankolijn kwam voorzichtig rond de ontbijttafel scharrelen.
Ik dacht even dat dit een witkopgier (Trigonoceps occipitalis) was, maar dat zal wel niet want daar zijn er nog maar een paar van wereldwijd, en......
....het zou dan wel heel toevallig zijn dat we meteen daarna een Steppearend (Aquila nipalensis) zagen, want die is bijna net zo zeldzaam.
Dit is een Litschiewaterbok (Kobus leche). Daar zijn er ook steeds minder van, je vindt ze nog maar een op paar plekken.
Ze verschillen met name met impalas omdat ze een soort waterafstodend laagje op de benen hebben zodat ze beter door dit soort drassig landschap kunnen lopen.
We gingen op weg naar dead tree island, toen we een trosje giraffes tegen kwamen.
De eerste keer dat we ze tegenkwamen zetten ze het op een lopen, de tweede keer kon ik dit plaatje schieten.
We hadden inmiddels de weg weer gevonden (ik was hem even kwijt), en stopten bij hippo pool (elk park in de buurt van de zambezi heeft een plek die zo heet).
Het was een goede plek voor safaris want het zat er tjokvol wilde beesten.
Zo vonden we er ook deze ralreiger.
En hier zien we hoe nijlpaarden aan hun littekens komen.
Een ossenpikker, voor de verandering eens op een boom in plaats van een beest.
Ook hier troffen we weer een lelieloper, je kunt hier goed zien dat hij speciale poten heeft om goed in drassig terrein te kunnen lopen zonder weg te zakken.
Weer zo'n grijze tok.
Een blauwe gnoe.
Een ongestreepte grondeekhoorn.
Een vrouwetjes kudu met ossenpikker.
Een Meves' langstaartglansspreeuw.
Een Afrikaanse Gaper.
Een familie knobbelzwijnen.
We kampeerden die avond tussen twee parken in naast dit riviertje met hippos.....
....da's goedkoper dan in een park slapen en je hebt bereik op je mobiel. Win-win.
Na het eten maakten we een wandelingetje, zagen we toch weer zo'n Senegalese IJsvogel.
Daarna was het weer tijd voor vuur en wijn, terwijl LucÃa de apen even naar de juiste tak dirigeert.
's Morgens bleek dat de aapjes de vuilniston open hadden gekregen, ze likten onze blikjes brandschoon.
En van zoveel eten word je slaperig.
De kleintjes vissen trouwens wel altijd achter het net bij de aapjes heb ik het idee.
We moesten nog ontbijten en er zat al weer een Zuidelijke Hoornraaf te kijken of er wat te snoepen viel.
Haar broer kwam er ook meteen bij.
Na het ontbijt even fikkie stoken in de donkey-shower.....
......niets zo fijn als onder een warme douche te zijn.
Terwijl LucÃa onder de douche stond zaten ineens alle apen toe te kijken vanuit de omringende bomen.
We crossten die dag door het Savuti deel van chobe.
Zagen we weer zo'n koningswida met zin in sex.
Rond leopard rock hoopten we eindelijk eens een paar luipaarden te treffen, maar helaas dit was de oogst.
Dit is de nationale vogel van Botswana, de Koritrap. De grootste vliegende vogel van Africa.
Een ensemble Smidsplevieren.
We sloten de safari af met een paar giraffes, en spoedden ons naar de uitgang.
De kuilen in Savuti waren gelukkig niet meer zo diep als in Moremi, maar het terrein was hier ook niet altijd even makkelijk.
Hier waren we het park al weer uit, maar het diepe zand ging nog vele kilometers door.
We overnachtten nog een keer op een camping, waar o.a. deze boefjes rondslopen.
Onze lodge cq. camping had een eigen waterhole. Dus ook bijbehorende vogels zoals deze ralreiger.....
.....en zo'n mooie hamerkop.
De zwarte wouwen scheerden langs het uitzichtsplatform alsof het niks kostte.
Een zuidelijke karmijnrode bijeneter.
De volgende ochtend hadden we nog een kilometer of tien zandweg voor de wielen.
Inmiddels weer op asfalt richting Kasane zagen we massa's van die vogels op kabels langs de weg.
Links en rechts van de weg scharrelden ook weer Zuidelijke Hoornraven.
Na een weekje kamperen namen we het er even van. Airco, douche met altijd warm water....
....leuke vogeltjes in de tuin....
...en een Zambezi vol krokodillen en nijlpaarden voor de deur.