Ik begon mijn verblijf in Gambia lekker, met een fijn hotel met dito zwembad.
Het stukje land tussen mijn hotel en het strand heeft de regering aan o.a. deze man gegeven om groenten te verbouwen.
Mooi initiatief waardoor de mensen enigszins zelfvoorzienend zijn.
Ze verbouwen er o.a. aardappels, uien, witte wortelen en munt.
Gelukkig rende er een paard over het strand toen ik de de zonsondergang ging fotograferen. Levert toch weer een paar extra likes op.
Het was eigenlijk veel te bewolkt elke dag voor een mooie zonsondergang.
In plaats van lekker in mijn resort blijven moest ik er weer zonodig op uit.
Gelukkig was het niet ver naar deze heilige krokodillen vijver in Kachikally.
Ze hebben er een stuk of honderd krokodillen, midden in een woonwijk.
Daarom moeten ze elke dag gevoerd worden, totaal eten ze zo'n 250 kilo vis per dag.
Doordat ze geen honger lijden kun je er wel zonder gevaar lekker dicht bij komen.
Ik zag op de kaart 'Lamin Lodge' dus ik bepakt en bezakt naartoe, hebben ze helegaar geen lodging mogelijkheden.
De mensen in de buurt leven van, en eten voornamelijk oesters.
Dat is volgens hen wel voornamelijk iets voor de vrouwen, die ze oogsten en van de schelp ontdoen.
Ondertussen ging ik met een luxe boot het mangrovewoud van dichtbij bekijken.
Één van de unique selling points van Gambia is de grote verscheidenheid aan vogels.
Nou ben ik geen ornitholoog, maar vogeltjes kijken vind ik wel leuk.
Één van de nadelen is wel, dat ik vaak geen idee heb naar welke vogel ik aan het loeren ben (dit zou weleens een African Sacred Ibis kunnen zijn).
Deze weet ik wel, dit is een kingfisher. Ze worden overigens ook in het blauw geleverd.
Het was de bedoeling dat ik mijn schoenen uit zou doen en hier doorheen zou waden om een boom te bekijken.
Dankje de koekoek, ik heb al weleens een boom gezien. We voeren dus weer verder.
Op het eilandje waar we even later kwamen leven de mensen ook van oesters, heel veel oesters.
De African Darter heeft als bijnaam Snake Bird omdat hij zwemt met alleen zijn kop en hals boven water.
De west afrikaanse krokodil, ze zeggen dat deze soort geen mensen aanvalt.
Ik ben vanuit Lamin naar Georgetown gereden.
Volgens de reisgids kon je daar een gevangenis bezoeken. Maar dat bleek alleen mogelijk als je eerst een misdrijf beging.
Amsterdammers herkennen misschien deze veerboot wel.
Volgens de kapitein kwam ie daar vandaan namelijk.
Deze knakker wilde mij een sightseeing tour op de rivier aansmeren voor 150 USD (kost 40 USD).
Zo wonen boeren families samen.
Bij Wassu, maar ook in Senegal, kun je dit soort Stone Circles vinden.
Ze stammen uit de tijd waarin bijv. ook Stonehenge is gebouwd. Maar waar ze precies voor dienen is niet helemaal zeker.
Gelukkig bleek er iets verderop in Kuntaur een accommodatie te zijn. Ik was er net op tijd voor bier en de zonsondergang.
Terwijl de muggen mij opaten trokken deze twee er ook op uit om een hapje te scoren.
's Ochtends keken de vogeltjes of er misschien een kruimeltje van mijn ontbijt was mee te pikken.
Deze hagedis was ook nieuwsgierig.
's Morgens voor ze naar school gaan moeten deze jongens eerst even vissen.
Nog geen 5 minuten later konden ze alweer met de buit vertrekken.
Als ik die jongen met het gele shirt was dan zou ik nu enorm gaan wiebelen.
Op het heetst van de dag, terwijl de buren verkoeling zochten, begon mijn boottochtje.
We gingen op weg naar Baboon island.
Dit zijn vogelnestjes.
Op Baboon island leven namelijk Chimpansees.
Ze kunnen niet zwemmen, dus zitten ze eigenlijk een soort van gevangen op het eiland.
Om ze te kunnen monitoren worden ze gevoerd, dus zitten ze elke dag op hetzelfde tijdstip aan de waterkant te wachten.
Deze lijkt wel een beetje op die nieuwsgierige overbuurvrouw die altijd vanachter haar gordijnen zit te loeren.
Na het aapjes kijken gingen we op zoek naar Nijlpaarden.
Kost wel 4 tientjes zo'n tour, maar dan heb je wel mooi vier man begeleiding.
Het schijnt dat deze beesten wel 50km per dag kunnen afleggen in het water.
Ze zijn dus niet altijd even makkelijk te vinden, maar ik had geluk blijkbaar.
Ze zijn zo lelijk dat ze weer mooi zijn, volgens mijn vriendin. Dat zal ook wel de reden zijn dat zij bij mij is.
De palm-nut vulture.
Behalve vis en schaaldieren eet hij voornamelijk schillen van de olie palm.
Een dag later was het tijd voor weer een boottochtje.
Deze keer naar James Island, beter bekend als Kunta Kinteh Island.
Op dit eiland werden vroeger de slaven verzameld en in de schepen die naar de nieuwe wereld voeren geladen.
Ook was het eiland ideaal om de scheepvaart op de rivier te controleren omdat het precies in het midden van de rivier ligt.
Zo zag het fort er ooit ongeveer uit.
Sommige slaven kregen de mogelijkheid om vrij te komen. Dan hoefden ze alleen maar naar de kant te zwemmen. Dat is nooit iemand gelukt.
Toen ik vertrok uit Gambia was de ramadan net afgelopen. Deze geiten wilden niet van boord, die hadden wel door wat ze boven het hoofd hing.